Gelukkig gescheiden: ik heb een nieuwe dosis lef

Geluk zit ‘m soms in grote dingen. Vorig jaar rond deze tijd besloot tekstschrijfster Hanneke Mijnster dat het maar eens uit moest zijn met haar ingeslapen relatie. En wat blijkt? Van scheiden kan je dus razend gelukkig worden. 

Van alle goede voornemens van afgelopen jaar, heb ik me alleen aan de moeilijkste gehouden: scheiden. Zoals er in de eerste week van januari hordes luilakken naar de sportschool rennen, sprinten velen ook naar de scheidingsadvocaat. Advocaten zien een duidelijke piek na een periode van vakantie, in de zomer of na kerst. Mijn voornemen paste dus keurig in de trend. En nu is de relatie met mijn ex beter dan ooit. 

Vijftien jaar waren we samen. Net geen highschool-sweethearts meer, al kun je dat best zo stellen. Ik was 19. Voor de vorm woonde ik nog anderhalf jaar in een studentenhuis, daarna trok ik bij hem in. Kat eruit, meisje erin. Een jaar lang kookten we Chicken Tonight in zijn studio, waarin we midden in de nacht pannen en emmers onder het lekkende dak plaatsten. Tussen alle onzekerheid in het adolecentenleven stond één ding als een paal boven water: bij deze man wilde ik blijven.

Vaste verwachtingen
Op mijn 21ste had ik nog geen rijbewijs en diploma, maar kocht al wel mijn eerste huis. We deelden grote dromen over reizen door Amerika en werken voor de grote jongens in reclame- en medialand. Daarin vonden we elkaar keer op keer. We deelden de liefde voor muziek en voor design, en genoten van het loswurmen van onze Bredase wortels en het opbouwen van een leven in Amsterdam. Ik genoot van het grote-mensen-leven dat we leidden, het gaf me rust.

Tien jaar, vijf banen, drie woonplaatsen en twee kinderen verder, was het precies dat leven dat me aanvloog. Want: alle routines, meningen, relaxmomenten en verwachtingen lagen vast. We groeiden samen op en hadden te lang niet meer gekeken naar de personen die we waren geworden. Ik wilde alleen op reis, nieuwe vrienden maken en mezelf ontwikkelen als zzp’er. Hij wilde thuis het liefst gewoon even bijkomen van de weken vol overwerk.  

Ik was niet meer het onzekere meisje van toen en hij niet meer de rustige vrolijkerd. We waren twee ploeterende alen in een vat vol verwachtingen. Maar ja, wat dan? Je hebt toch die kinderen. Dat huis. Die mooie jaren achter je. Je past je aan. Uit je ongenoegen. Fantaseert hoe het is om weer verliefd te worden. Probeert toch dichter bij elkaar te komen met etentjes. En waar praat je dan over? Over de kinderen. Over werk. Dingen die stom zijn. Niet meer echt met elkaar, over hoe het nu met de ander gaat. En met jezelf. “We moeten op vakantie!,” probeerde hij nog. En ik dacht: hoe moet dat dan, twee weken in Italië? Het is niet meer wat het was. Maar ja. Je gaat toch niet zomaar weg als er geen aantoonbaar leed is? Een beetje ruzie is gezond toch? We zagen er zo gelukkig uit in het straatbeeld. Geen overspel, geen schulden, geen verslaving. Dan geef je toch niet zomaar toe aan knagen onbehagen? Jawel. Júist dan.

Zuiver kijken
Dan kijk je namelijk nog zuiver naar elkaar en kun je zo vriendschappelijk mogelijk jullie nieuwe fase ingaan. Ik weet nog exact wanneer het inzicht kwam. We zaten met de hele schoonfamilie aan het diner en het was zo’n avond waarop lachsalvo’s en goede gesprekken elkaar afwisselden. Het was echt gezellig en toch zag ik: dit is mijn wereld niet meer. Mijn man is goed zoals hij is, alleen niet meer de man voor mij. Er hoeven geen compromissen meer, geen gunnen en geen eisen. Het is beter als we elkaar loslaten.

Het toegeven aan jezelf is één ding, het uitspreken is een ander verhaal. Wekenlang worstelde ik en wachtte ik – heel naïef – het juiste moment af. Natuurlijk is er geen juist moment. Uiteindelijk stelde hij de de grote vraag en hoefde ik alleen nog maar in te koppen. Hij wilde nog niet opgeven en ik wist dat de knoop doorgehakt moest worden. Ik voelde me vreselijk verdrietig en tegelijk sterker dan ooit. Een tweestrijd die zorgde dat ik pas weken later voor het eerst kon huilen. Het duurde nog wel een paar maanden voordat de tafel-en-bedfase een feit was. Er vloeide tranen, er werd verhuisd en voorzichtig ge-co-ouderd. Inmiddels zijn we bijna een jaar verder en gaat het verrassend goed. Ex en ik lijken weer meer op de vrienden die we vroeger waren, zonder alle belemmerende verwachtingen die bij een relatie horen.

Nieuwe dosis lef
De eerste week zonder kinderen en zonder ex bulkte ik van de energie. Opgelucht dat het grote verhuismoment voorbij was. En vooral dat het zo goed was gegaan. Ik heb – bewust in mijn eentje – het huis opnieuw geschilderd, een nieuwe vloer laten leggen en de meubels die nog over waren anders gezet. Mijn huis, een meisjeshuis. Op dag 4 kwam een vriendin me ophalen om uit eten te gaan en haalde ik om 18.15 uur mijn deur van het nachtslot. Ik zat heerlijk in mijn cocon. 

Een vriendin zei laatst dat ik misschien wel het beste tot mijn recht kom als co-ouder, en ik denk dat ze gelijk heeft. Ik geniet van mijn twee jongens, en ik geniet ook bijzonder van mijn week alleen. Ik reisde alleen naar New York, ontmoet nieuwe mensen, eet ineens vissoorten waar ik vroeger van gruwelde en probeer allemaal nieuwe dingen. Er is een nieuwe dosis lef aangeboord met het nemen van deze beslissing. En dat is fijn. Ik leer nu vooral om alleen te zijn. Laat ik daar niet te rooskleurig over doen, overigens. Dat is echt wel moeilijk soms. Maar wel goed.  

Er is rust en overzicht in mijn leven, in dat van hem en zelfs voor de kinderen. Ook zij voelen dat de strijd uit de lucht is. We drinken elke week een kop koffie en vieren dit jaar Oud Nieuw samen met de kinderen en mijn ouders. Ik hoop dat in 2017 iemand heel gelukkig met hem wordt. En hij met haar. 

Hanneke Mijnster (36) is freelance tekstschrijver. In 2016 scheidde ze – zonder officieel huwelijk – van haar vaste baken. Nu woont ze met haar twee zoons van 6 en 7 in het vroegere gezinshuis in Haarlem.

Leave a Comment